Aanslagen voorkomen door BIG DATA?

IMG_0993Met big data alleen ga je geen aanslagen voorkomen, kopte de Volkskrant ruim een week na de treurige gebeurtenissen van vrijdag de 13e november in Parijs. Het komt er op neer dat na elke aanslag ‘de roep klinkt om meer data op te slaan’. Politici en veiligheidsdiensten willen meer en nieuwe bevoegdheden, meer databestanden en koppeling van gegevens. Cobelens, oud-leider van de militaire veiligheidsdienst, vindt dat big data en knappe zoekmachines ons gaan helpen bij het voorkomen van terrorisme.

Probleem is volgens de door de Volkskrant geinterviewde deskundigen dat de diensten eerder te veel dan te weinig data hebben. Bovendien zijn de profielen niet scherp genoeg. Eerder te vaag. Gevolg is dat bijvoorbeeld in Frankrijk alleen al 11 000 mensen als staatsgevaarlijk worden beschouwd. Door veel te vage parameters krijg je veel te hoge aantallen en zijn de echte gevaarlijken niet meer te onderscheiden van de ongevaarlijken.

Wie naar recente aanslagen kijkt moet vaststellen dat de juiste gegevens er echt wel waren. Het ging mis, zo zegt de Volkskrant, door humint, het zogenaamde klassieke inlichtenwerk: de menselijke component. Men negeerde menselijke waarschuwingen van andere veiligheidsdiensten. Met andere woorden: je kunt beter aandacht besteden aan verbetering van de menselijke component dan strikt te mikken op verdere uitbreiding van databestanden.

Ik heb op de beperkingen van big data gewezen in mijn boek Het Flitsbrein. Het boek gaat over besluitvorming en intuitie, maar er is behoorlijk wat ruimte gereserveerd voor het onderwerp ‘big data’. Naast een inventarisatie van acht valkuilen die ons bedreigen bij besluitvorming, inventariseer ik ook een reeks problemen die we hebben in de omgang met gegevens: te veel gegevens; gegevens met weinig voorspellende waarde; te recente gegevens of juist te oude gegevens; het ontbreken van relevante gegevens; tegenstrijdige gegevens; etcetera.

Het antwoord in mijn boek zit hem in het raadplegen van ervaren en deskundige mensen en hun intuitie, en bovendien in het kritisch bekijken van ideeen die je oppert. Hiervoor is de zogenaamde DIMO-checklist ontwikkeld. Bij de vraag of je vanwege de aanslagen inderdaad datatechniek moet uitbreiden en verbeteren, loop je door de checklist heen die uiteindelijk het risico verkleinen op een slecht besluit.

Wat mij betreft: ik denk dat we big data niet moeten onderschatten en niet moeten overschatten. We hebben ze zeker nodig, en we moeten ze vooral blijven verzamelen, maar in het Volkskrant artikel wordt eigenlijk het nut ervan goed aangegeven; het is vooral nut achteraf. Na een aanslag kan je snel informatie ophalen over een dader of slachtoffer, of een locatie. En daar heb je zeker wat aan.

Maar je moet voorkomen dat je doet wat zo vaak gedaan wordt: dat de techniek de menselijke intelligentie gaat overheersen. In het geval van de aanslagen hebben we ervaren, intelligente, deskundige mensen nodig met een zeer scherpe intuitie, en mensen die heel slim kunnen omgaan met big data. En zo blijkt alles gewoon mensenwerk. (In Het Flitsbrein wordt dit verder uitgewerkt.)

 

Vanaf januari geeft teamtrainer, coach en mediator Bert Overbeek een- en tweedaagse workshops over besluitvorming, big data en intuïtie. Hij schreef het top tien boek 'Het Flitsbrein' over het onderwerp, en de workshop zal gebaseerd worden op dit boek. Informatie krijgt u via: pitcher.support@hetnet.nl Zijn website vindt u hier: www.pitchersupport.jimdo.com

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>