'Ja maar' is misschien niet altijd slecht

Slechte managers (ik heb het niet over de goede) schermen met de begrippen van een goede manager. Ze vinden dat ‘iedereen zijn eigen verantwoordelijkheid moet nemen’ (maar doen het vervolgens zelf niet), ze houden niet van een ‘9 tot 5’ mentaliteit (maar verkiezen een ‘6 AM tot 9 PM-mentaliteit’, bij gebrek aan een leven thuis), ze houden van ‘aanpakken’ (maar laten nooit hun handen wapperen) en vinden samenwerking en feedback belangrijk (samenwerking is babbelen met collega’s en feedback betreft vooral het ‘geven van feedback’, niet het ontvangen).

En een van de sterkste troeven van een slechte manager is dat je een negatieveling bent en dat je altijd maar loopt te ‘ja-maren’. Nu zijn er heel wat medewerkers die ‘ja maar’ zeggen. Maar het wordt gemakkelijk gezegd wanneer mensen kritiek hebben op hun managers, ook als die kritiek terecht is.

Mijn advies is dan ook: durf een negatieveling te zijn, als het nodig is. Wees niet bang voor dat stempel, als het je intentie is om de organisatie goed te laten draaien. Alleen dan kun jij doen wat nodig is: de slechte manager openlijk doorgronden. Je bewijst de organisatie daar een geweldige dienst mee.

 

Bert Overbeek twittert op Goeroetweets en helpt organisaties om zich te verbeteren (www.pitchersupport.com)

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>